12 sep Hoe stel je een debatteam samen?

DELEN VIA

Geschreven door: Esther Hijman

Stel je voor, je wilt meedoen aan één van onze toernooien. De schoolleiding is akkoord, de treintickets gekocht, en je hebt de stellingen ontvangen. Het enige wat nog nodig is: de debaters. Maar hoe stel je een debatteam samen? Omdat we geregeld terugkrijgen van docenten dat dit soms nog de nodige moeite kost, delen we in deze blog vijf tips om je op weg te helpen!

Tip 1 – Maak concrete afspraken

Meedoen aan een debattoernooi kan spannend zijn. Laat je leerlingen daarom weten waar ze aan toe zijn. Jij kan het vertrouwen hebben dat Pietje zich wel in een week kan voorbereiden op het toernooi, maar wellicht ervaart Pietje dit heel anders. En andersom kan dat natuurlijk ook. Misschien wil jij in de laatste week voor het toernooi elke dag oefenen, terwijl je leerlingen denken dat ze er wel klaar voor zijn en duizend andere dingen te doen hebben. Laat ze dus ruim op tijd weten dat ze zich op kunnen geven en wanneer de oefenmomenten zijn. Zo weet iedereen waar die aan toe is. Een goede strategie daarbij is om minimaal één oefenmoment per debatstelling in te plannen.

Tip 2 – Benader leerlingen individueel

Hoewel posters in de school en een schoolkrantadvertentie mooie manieren zijn om leerlingen op de hoogte brengen van het bestaan van de debatclub, werkt het benaderen van individuen vaak het beste. Vraag dus in de docentenkamer welke leerlingen scherpe observaties, humor, of een goed oog hebben voor het grotere geheel. Met name Nederlands-, drama-, en maatschappijleerdocenten zullen al snel een aantal namen kunnen opnoemen. Schrijf deze namen op, en benader ze door te vragen: ‘Ik hoorde van docent X dat jij zo goed bent in Y. Jij lijkt me daarom heel geschikt om mee te trainen voor het debattoernooi. Zou je dat willen?’. Complimenten doen wonderen!

Tip 3 – Zet er iets tegenover

Deelname aan een debattoernooi vraagt niet alleen tijd van jou, maar ook van jouw leerlingen. In een ideale wereld geven ze hun vrije tijd met liefde aan debat, maar in de praktijk zijn er bijbaantjes, sporttrainingen en vrienden om mee te chillen. Het is dus aan jou om ze te overtuigen dat er ook voor hen iets te halen valt. En dat ‘iets’ is niet alleen het winnen van het toernooi, maar ook bijvoorbeeld beter kunnen solliciteren, antwoorden strakker formuleren op toetsen en een mooie vaardigheid voor op het CV. Instrumentele motivatie kan ook werken: bespreek bijvoorbeeld of het mogelijk is dat ze hun deelname inzetten voor keuze-uren, dat ze koffie of thee mogen halen uit de docentenkamer tijdens debaturen of dat ze lesuren mogen missen wanneer ze bezig zijn met de wedstrijdvoorbereiding. Zo leren je leerlingen gelijk een belangrijke les overtuigingskracht: je overtuigingsmiddelen moet je altijd aanpassen aan jouw doelgroep!

Tip 4 – Benadruk de ‘funfactor’

Ballondebatten voeren, debatteren over ludieke stellingen, of debatteren tegen de leraren: tijdens het oefenen voor het debattoernooi kan het allemaal! Uiteraard wil je je leerlingen voorbereiden op een toernooi en daarmee serieus aan de slag gaan, maar ludieke debatvormen- en oefeningen zijn uitermate geschikt om alle facetten van debatteren te trainen. Kun jij de jury aan het lachen maken tijdens een ludiek debat, of kun jij je goed inleven in een bekend persoon tijdens een ballondebat? Allemaal skills die je ook kan inzetten voor een serieus NK-debat! Misschien hebben leerlingen niet door dat ze keihard aan het trainen zijn, maar jij weet wel beter. En er wordt lol gemaakt: misschien nog wel het allerbelangrijkst.

Tip 5 – Verdeel en heers

Een debatclub leiden: het lijkt overweldigend en veel werk. Argumenten uitwerken, debatten voorbereiden en leerlingen feedback geven; er komt veel bij kijken. Dat kost veel tijd, en dat naast het lesgeven. Daarom is belangrijk om te weten dat je dit niet in je eentje moet doen. Verdeel én heers! Misschien zijn er meerdere docenten op school die willen en kunnen helpen, zodat je elkaar kan afwisselen en aanvullen. Zijn er geen andere geïnteresseerde docenten op school? Schroom dan niet om de leerlingen een rol te geven. Kies uit de (ervaren) leerlingen een teamcaptain, stel een bestuur samen (met voorzitter, notulist en contactpersoon) en laat de leerlingen de stellingen onderling verdelen. Iets wat wij ook vaak zien is dat bovenbouwleerlingen de onderbouwdebatclub leiden, of dat oud-debaters één keer per week terugkomen om het debatteam te begeleiden. Jij hoeft dus niet alles alleen te doen. Én je leerlingen krijgen zo extra waardevolle, nieuwe vaardigheden mee.

Bonustip: besteed het uit 😉

Wil je direct van start, maar heb je simpelweg te weinig tijd? Tijdens (en na afloop) van een debattraining kunnen we een aantal leerlingen selecteren én enthousiasmeren. Bij een eventuele tweede training zouden we specifiek de toernooistellingen voor kunnen bereiden. Op die manier ben je zeker van een team én van een optimale voorbereiding. Wil je vrijblijvend even overleggen of ideeën opdoen? Neem dan gerust contact met ons op per mail of telefonisch!

Heb je na het lezen van deze blog nog vragen of hulp nodig? Laat het ons vooral weten; we denken graag met je mee!